Formatieve lessen uit peilingsonderzoek: de toegevoegde waarde van mixture IRT-modellen
Trefwoorden:
Samenvatting
Sinds 2002 worden in Vlaanderen peilingen georganiseerd. Zij vormen een cruciaal element in de kwaliteitscontrole voor het Vlaamse onderwijs. Peilingsonderzoek wordt voornamelijk uitgevoerd om summatief een uitspraak te doen over het onderwijsniveau: hoeveel leerlingen bereiken op het einde van een onderwijsniveau de minimumdoelstellingen voor een bepaald domein? Beleidsmakers en het onderwijsveld willen echter ook meer formatieve lessen uit deze peilingsonderzoeken kunnen trekken.Welke specifieke thema’s leveren problemen op voor bepaalde studenten? En wie zijn deze studenten? In deze paper wordt geïllustreerd hoe mixture IRT-modellen een belangrijke aanvulling kunnen vormen op de traditionele rapportering over peilingsonderzoek. Zij bieden de mogelijkheid op een inhoudelijk zinvolle manier subgroepen van leerlingen te onderscheiden en hieruit lessen te trekken over waar er zich specifieke problemen voordoen. Dit wordt geïllustreerd op basis van data uit de Vlaamse peiling wiskunde in de eerste graad secundair onderwijs A-stroom in 2009. Uit de analyses blijkt dat twee groepen leerlingen specifieke problemen ondervinden bij werken met veeltermen. Eén groep ondervindt specifiek problemen bij het werken met merkwaardige producten, een andere groep blijkt enkel basisopgaven met betrekking tot eerstegraadsvergelijkingen enigszins onder de knie te hebben. Telkens gaat het om ongeveer één derde van de leerlingen.