Medezeggenschap in het primaire en voortgezet onderwijs

Auteurs

  • J.F.M. Smit

Samenvatting

Medezeggenschap voor personeel, ouders enleerlingen is in het Nederlandse onderwijs wet-telijk geregeld. Voor het primaire en het voort-gezet onderwijs is sinds 1981 de Wet medezeg-genschap onderwijs (WMO 1981) van kracht.Personeel, ouders en in het voortgezet onder-wijs ook leerlingen zijn vertegenwoordigd inéén, gemeenschappelijke medezeggenschaps-raad (MR). Het bevoegd gezag van een school isverplicht belangrijke besluiten ter advisering ofter goedkeuring voor te leggen aan de MR. In1992 werd de WMO bijgesteld, waarbij debevoegdheden van de MR werden uitgebreid.Onderzoek onder de voorzitters van de MR, devertegenwoordigers van personeel, ouders enleerlingen in de MR, de leden van de achterbanvan personeel, ouders en leerlingen, en onderde schoolleiding en het bevoegd gezag wees uitdat de Wet medezeggenschap onderwijs func-tioneert conform de bedoelingen van de wet-gever. Het grootste knelpunt, dat ook al speeldein de WMO uit 1981, is de kloof in kennis eninvloed tussen personeel enerzijds en ouders/leerlingen anderzijds. Het personeel heeft eendominerende stem binnen de MR. In het lichtvan deze bevinding is een discussie ontstaanover de vraag of het niet beter zou zijn deinspraak van personeel enerzijds en ouders/leerlingen anderzijds te ontkoppelen en te rege-len via aparte voorzieningen.

Downloads

Gepubliceerd

2023-06-12

Nummer

Sectie

Artikel

Citeerhulp