Wiskunde, niets voor meisjes?

Auteurs

  • E. VEEKEN

Samenvatting

Hoewel wij bezwaar maken tegen het eenzijdig gebruik van wiskunde als selectievak,zijn wij toch van oordeel dat het, gegeven deze selectiefunctie, van groot belang is dat getracht wordt de participatie van meisjes opdit terrein te vergroten. Een mening waarinwe gesterkt worden door meerdere, maatschappelijk gezien belangrijke instanties(SER, 1983; Emancipatieraad, 1983: Adviesgroep Keuzevrijheden, 1982). Bovendien zijnwij overtuigd van de intrinsieke waarde vanwiskunde. Wiskundig denken vormt een zinvol onderdeel van het leeraanbod. In dezemening vinden we onder meer de SER (1983)en de Werkgroep 'Vrouwen en Wiskunde'(1984) aan onze zijde. Aan de andere kantzijn wij en evenzeer de Werkgroep 'Vrouwenen Wiskunde' ervan overtuigd dat het vak alleen dan als zinvol door meisjes kan wordenervaren wanneer ook de inhoud van het vakdoor hen als zinvol wordt beschouwd. Hetbevorderen van de deelname aan wiskundeprogramma's door meisjes achten wij pas effectief wanneer tevens maatregelen wordengetroffen gericht op het verkleinen van deverschillen in de wiskundeprestaties tussenmeisjes en jongens. Indien dat niet het gevalis dreigt het gevaar, dat meisjes alsnog stranden. Voor onze opvattingen omtrent het vakwiskunde betekent dit dat wij een dubbelstrategie voorstaan. Wij willen het belangbenadrukken van het verhogen van de participatie van meisjes. Gelijktijdig zijn wij vanmening dat het huidige wiskundeonderwijsin inhoud, vormgeving en randvoorwaardendient te worden gewijzigd, wil het vergrotenvan de participatie van meisjes in de praktijkook het beoogde effect sorteren.

Downloads

Gepubliceerd

2023-08-16

Nummer

Sectie

Artikel