'Situatie' en 'relatie'. Inleiding tot een filosofisch-analytische studie der pedagogische grondbegrippen

Auteurs

  • M.J. Langeveld

Samenvatting

'In dit boek aldus de auteur op blz. 159 aan heteinde van haar Samenvatting en Conclusie is eenpoging ondernomen een voor elk gezichtspunt aanvaardbaar, gemeenschappelijk uitgangspunt te vinden voor 'situatie' en 'relatie' als inleiding tot eenverdere studie der pedagogische grondbegrippen'.'Elk gezichtspunt' mogen wij m.i. opvatten als elkpedagogisch gezichtspunt. De titel licht dit onderzoek bovendien toe als 'filosofischanalytisch', demethode is fenomenologisch, taalanalytisch enlogischanalytisch. Het werk voltrekt zich geheel oppedagogisch gebied. De documentatie is overwegenddie der contemporaine pedagogiek; uiteraard met eenselectieve voorkeur voor de auteurs bij wie de geanalyseerde termen een min of meer centrale betekenis hebben. Een terminologische monografie overtwee termen streeft prof. Stellwag terecht nietna, wel een veelzijdig gedocumenteerde en vooralvoor de term 'relatie' de pedagogiek ook overschrijdende analyse. Daarbij blijkt een grote filosofischeeruditie, die zakelijk de lezer voor wie deze studiebestemd is zeer ten goede komt door hem aldus ineen ruimer kader te introduceren, dat hem in staatstelt op zijn beurt de schrijfster kritische vragen voorte leggen. Bijzondere aandacht verdienen ook de'Aantekeningen', die op tal van punten de lezerverder leiden. Peter Petersen gebruikt ongetwijfeldde term 'situatie' in pedagogisch verband en zekeromstreeks 19301931. Toch valt het op, dat hij de termin allerlei betekenissen gebruikt en met name, dathij in zijn op verzoek der KantGesellschaft in 1932gepubliceerde Pädagogik (Mittler, Berlin) de termin het geheel niet bespreekt, plaatst, noemt of zelfsmaar gebruikt. Reeds in de meer uitvoerige behandeling van hetbegrip 'relatie' (bijna 100 blz.) wordt duidelijker danin de analyse van het begrip 'situatie', (waaraan54 blz. gewijd zijn), dat de pedagogiek zeer openstaat voor het contemporaine denken als geheel.Terecht merkt prof. Stellwag op, dat deze openheidde eigen ontwikkeling der pedagogiek ook belemmert. Niet alleen door de opneming van allerleiimport uit omringende gebieden, maar vooral doorde pedagogisch wezensvreemde instelling dier informatieterreinen. Eindeloze positiebepalingen wordennodig en telkens andere b.v. relatiebegrippen,in andere context vaagtoevallig of helderbewustontstaan (b.v. Löwith, Buber, Barth), moeten onderogen gezien worden. Daarbij rijst dan m.i. nog éénbelangrijke vraag, n.1. in hoeverre niet alleen deuitgangspunten maar ook de macrostructurele ofgeneraliserend gehanteerde begrippen (b.v. 'leren','gedrag', 'therapie', 'school', 'gezin', enz.) pedagogisch toelaatbaar gehanteerd zijn in die informatie en hulpgeb'eden. Dit geldt ook voor zo algemeen gehoudui semantische analyses als die vanPhenix (p. 72). Terecht staat dit alles bij prof.Stellwag ter discussie op verschillend abstractieniveau, waardoor de onderlinge relaties der besproken begrippen niet altijd duidelijk worden. Hunpedagogische relevantie wordt evenwel zeker duidelijk en het is bijzonder verheugend in de Nederlandsetaal over dit analytisch zowel als synthetisch instructieve werk te kunnen beschikken.

Downloads

Gepubliceerd

2023-08-26

Nummer

Sectie

Artikel

Citeerhulp

’Situatie’ en ’relatie’. Inleiding tot een filosofisch-analytische studie der pedagogische grondbegrippen. (2023). Pedagogische Studiën, 48(4). https://testplatform.openjournals.nl/pedagogischestudien/article/view/16972